De busrit naar Canterbury, ik zit en ik denk.
Ik kijk naar buiten en zie de maan. Mijn oudste dochter zegt dat de maan het nachtlampje van God is. Hij laat het schijnen zodat we niet helemaal in de donker zitten. Waar ze het gehaald heeft ik weet het niet, maar ik vind het een mooi verhaal.
Dus ik kijk naar de omgeving rondom me, de bomen, de huizen, de straten, enz… Ik hoor de mensen op de bus druk babbelen over wat ze allemaal gaan doen, over hun leven, enz…
Ik kan dankzij het nachtlampje (de maan) redelijk veel zien buiten en ik zie al die grote dingen die de mensen gemaakt hebben of nog aan het maken zijn. Bruggen, straten, gebouwen, noem maar op en dan denk ik aan het verhaal van de toren van Babel, ik denk aan wat God Noah beloofd had, dat hij de mens nooit meer zou doen opnieuw beginnen. Ik denk aan wat ze zeggen “hij keek en hij zag dat het goed was”. Maar vindt hij dit allemaal wel goed? Wat vindt hij hier werkelijk van, al die dingen die wij hier op aarde uitspoken. Zou hij spijt hebben van die belofte die hij Noah gemaakt heeft?
De mensen die zo door elkaar aan het babbelen zijn op de bus, zou God de hele wereld zo horen? Zou hij een uit en aan knop hebben om eventjes tot rust te komen? O f zou hij af en toe moeten lachen om de dingen die wij zeggen?
Ik denk aan Engeland, mijn tweede thuis. Het land waar ik zoveel zomervakantie heb doorgebracht, waar ik zoveel mooie herinneringen heb gemaakt. Waar er mensen wonen die ik toch wel mis. Daar ga ik nu naartoe, maar niet naar al die dingen die voor mij bekend zijn, maar naar een andere stad, gewoon om eventjes een bezoekje te brengen. Als ik er zo over denk, zou ik toch wel graag de kans krijgen om nog eens naar het graf van mijn grootvader in Engeland te willen gaan. Om nog eens met hem te praten, om te kijken of alles nog goed is. Om een mooi bloemetje te zetten. Maar dat gaat niet dat ligt te ver weg. De mensen willen eigenlijk toch vaak de dingen die buiten hun handbereik liggen. Zou God dat goed vinden dat we zoveel willen en dat die wil ons er toe drijft om dingen te maken die zo groots zijn?
Ik kijk naar een groene kerktoren en denk aan hoe groot en hoe klein onze wereld wel is. Dingen zijn te ver weg om te bezoeken, maar tijdens je leven kom je veel mensen tegen en dan besef je hoe klein onze wereld eigenlijk wel is. Zo denk ik aan mijn werktijd bij IKEA, daar werkte Robert. Nu Robert was een gewone jongen, alleen duurde het eventjes voor hij en ik de connectie van vroeger hadden gelegd. Zijn mama was zoals mijn mama een Engelse. Beide waren naar BelgiĆ«, Limburg gekomen door hun liefde. Wij wonen in Vechmaal en zij in Tongeren, helemaal niet ver van elkaar af en toch kwamen we elkaar voor de eerste keer pas tegen in Engeland, op de bus richting Blackpool, we hoorde elkaar Nederlands praten en de mama’s zijn toen een gesprek begonnen. Jaren later werkte ik dus samen met Robert, dat jongentje die ook Nederlands sprak op de bus.
Zo zijn er veel gedachten en verhalen die in mij komen. Voor sommige mensen misschien nutteloos om hierover te schrijven. Voor mij, heeft dit toch een betekenis, het maakt niet uit waar je bent, of hoe groot of hoe klein je de wereld ziet. We hebben hier allemaal een plaatsje gekregen en wat we ermee doen dat is aan ons. God kan ons alleen maar begeleiden, hij kan niet voor ons beslissen. Volgens mij is dat nu ook de taak van een leerkracht, je kan je leerlingen begeleiden naar de kennis, maar je kan ze het niet opdringen. Zij moeten zelf iets van hun leven willen maken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten